Op deze pagina's vind je 70 leuke moppen en grappen om je lachspieren eens goed los te maken. Alvast veel plezier. Regelmatig worden nieuwe moppen toegevoegd.
Bekijk ook deze filmpjes
-Β Humor verborgen camera
-Β Grappige reclame filmpjes
- Grappige cartoons
-Β Doe dit zeker niet !! Grappige filmpjes
70. Ik heb slecht en heel slecht nieuws
Een patiΓ«nt komt bij zijn dokter en krijgt volgend te horen:
Dokter: "Beste Jef, ik heb helaas slecht en heel slecht nieuws voor je"
Jef: "Wat is het slechte nieuws dan dokter?"
Dokter: "Volgens de testresultaten heb je maar 24 uur meer te leven"
Jef: "Wat zeg je me nu!! Dat is even schrikken. Maar wat is dan het heel slecht nieuws?"
Dokter: "Ik probeer je al sinds gisteren te bereiken"
69. Een gorilla op het dak
Een man hoort een vreemd geluid op zijn dak en gaat even buiten kijken. Tot zijn grote verbazing zit er een gorilla op zijn dak. Hij belt de dierentuin en even later komt een dierenoppasser aanrijden. Hij stapt uit met een ladder, een knuppel, een grote hond en een geweer.
Man: βEuuhh waar dient dat allemaal voor?β
Dierenoppasser: βWel met de ladder kruip ik op je dak. Met de knuppel sla ik de gorilla van je dak. De hond is getraind om direct in de ballen van de gorilla te bijten tot hij buiten westen is zodat ik de gorilla in de bestelwagen kan leggen.β
Man: βEn waarvoor is dat geweer dan?β
Dierenoppasser: βDat moet jij vasthoudenβ
Man: βEuhhh, ikke, waarom?β
Dierenoppasser: βAls de gorilla mij van het dak gooit, schiet de hondβ.
68. Hoe heet ik ook al weer?
Een ietwat verwarde man staat aan de hemelpoort maar is zijn naam vergeten.
Sint Pieter weet het ook even niet en vraagt Jezus om raad.
Jezus spreekt de man aan en volgend gesprek volgt:
Jezus: βBeste man. Vertel eens wat over je leven, dat helpt je misschien om je naam te herinnerenβ
Man: βEuuhh ik had één zoonβ
Jezus: βWat toevallig. Ik was ook enige zoonβ
Man: βEuuhh, Ik was een soort van schrijnwerker of houtbewerkerβ
Jezus: βWat toevallig. Ik ben de zoon van een houtbewerkerβ
Man: βEuuhh, mijn zoon is geboren door een soort van mirakelβ
Jezus: βWat zeg je me nu β¦ vader herken je me niet... ik ben het, je zoonβ
Man: βPinokkio ??β
67. Nootjes voor de buschauffeur
Een dame van leeftijd zit achter de buschauffeur. Ze reikt haar hand met nootjes over de schouder van de chauffeur
Dame: βChauffeur, graag wat nootjes?β
Chauffeur: βOch ja dank jeβ
De chauffeur doet zich tegoed aan de lekkere nootjes. Enkele minuten later steekt de dame weer haar hand met nootjes over de schouder van de chauffeur
Dame: βChauffeur, graag wat nootjes?β
Chauffeur: βOch ja dank jeβ
De chauffeur doet zich wederom tegoed aan de lekkere nootjes. Nog geen vijf minuten later steekt de dame weer haar hand met nootjes over de schouder van de chauffeur
Dame: βChauffeur, graag wat nootjes?β
Chauffeur: βOch ja dank je. Jij eet wel heel graag noten hΓ©β
Dame: βNeen, eigenlijk niet. Ik lust geen notenβ
Chauffeur: βMaar je eet nu toch notenβ
Dame: βAhhh nee bah, ik eet even wat chocolade met notenβ
66. Ook een man kan wenen om gevoelens
Een vrouw wordt midden in de nacht wakker en ziet dat haar man niet in bed ligt. Ze staat op en gaat naar beneden waar ze haar man in de keuken ziet zitten bij een kopje koffie met de tranen in de ogen.
Vrouw: βWat scheelt er nu weer. Waarom zit je hier te wenen?β
Man: βAch het is vandaag precies twintig jaar geleden dat we elkaar hebben leren kennen.β
Vrouw: βOchhh hoe lief dat je dat nog herinnert.β
Man: βWeet je nog hoe we toen op de achterbank van mijn auto lagen te vrijen?β
Vrouw: βOchhh ja, ik weet het nog.β
Man: βEn weet je nog dat je vader ons toen betrapte?β
Vrouw: βOchhh ja, ik weet het nog.β
Man: βEn weet je nog dat hij een geweer tegen mijn hoofd hield en zei ofwel ga je trouwen ofwel zorg ik ervoor dat je twintig jaar in de bak zit.β
Vrouw: βOchhh ja, ik weet het nog.β
Man: βWelβ¦ Ik had vandaag vrijgekomen.β
65.Β De sperma controle
Een man van leeftijd wordt gevraagd op sperma controle. Hij krijgt van de dokter een potje mee en komt de dag erna terug met een leeg potje.
Dokter: βAwel Jan. Een leeg potje. Is het niet gelukt?β
Man: βNee, dokter. Ik heb geprobeerd met de rechtse hand, niks. Ik heb geprobeerd met de linkse hand, niks.β
Man: βDan ben ik naar mijn vrouw gegaan. Zij heeft eerst met haar rechtse hand geprobeerd, niks. Dan heeft ze met haar linkse hand geprobeerd, niks.β
Man: βDan hebben we het samen geprobeerd. Ook nu weer niks. Hoe hard we ook probeerden, we kregen het potje niet open.β
64. Het vissertje
Een man is op wandel in de stad en ziet plots een man aan de straat op de stoeprand zitten met een stokje in de handen als een visser. Wel wat vreemd in de stad, toch? De man gaat naar de verwarde visser en vraagt:
Man: βKan ik je misschien helpen meneer?β
Visser: βNee, nee ik zit hier gewoon wat te vissen.β
Man ietwat verbaasd: βEuhhh ok, kom toch maar even mee naar die cafΓ© daar. Ik trakteer je op een koffie terwijl ik iemand opbel.β
Zo gezegd zo gedaan. Ze zitten even in de cafΓ© waar de man tracht een zinnig gesprek te starten.
Man: βEn euuhhh hoeveel heb je er al gevangen vandaagβ
Visser: βJij bent de derdeβ
63. WaterskiΓ«n is de ideale kerkpreek, toch?
Een pastoor is op zoek naar wat nieuwe inspiratie voor de wekelijkse kerkpreek en vraagt een kerkganger of hij de volgende week het kerkpreek wil doen. De kerkganger voelt zich vereerd en gaat graag op het aanbod in. De zondag gaat de man en zijn familie naar de kerk. Op de parking aan de kerk spreekt de vrouw de man toch even aan.
Vrouw van de kerkganger: βZeg Jef, over wat ga je dadelijk eigenlijk preken?β
Man: βAwel over mijn hobby, waterskiΓ«n.β
Vrouw: βAlee nu Jef. Je kan in de kerk toch niet gaan preken over waterskiΓ«n?β
Man: βEn waarom niet. Ik praat er overβ.
Vrouw: βAlee Jef, even serieus. Dat kan toch niet in de kerk.β
Man: βTja, dan zij het zo. Ik ga toch over waterskiΓ«n praten.β
Vrouw: βZeg Jef, ik laat me niet belachelijk maken hΓ©. Als jij gaat preken over waterskiΓ«n dan blijf ik in de wagen zitten.β
Man: βHet zij zo. Blijf dan maar in de wagenβ.
Eenmaal in de kerk, denkt de man toch nog even na en realiseert zich dat zijn vrouw misschien wel gelijk heeft dat waterskiΓ«n niet het ideale onderwerp is voor een preek in de kerk.Eenmaal in de preekstoel, besluit de man nog vlug zijn preek te veranderen en te praten over overspel in de liefde.
Na de kerkdienst stapt de vrouw uit de wagen en wandelt naar haar man die nog bij de pastoor staat na te praten.
Pastoor: βOch, mevrouw. Uw man heeft een prachtpreek gegeven. Er vloeiden tranen bij heel wat kerkbezoekers.β
Vrouw ietwat verbaasd: βAmai dat is straf. Hij heeft het thans nog maar twee keer gedaan. En dan kwam hij nog maar amper rechtβ
62. Ik wil begraven worden met mijn geld
Een ietwat gierige man beleeft zijn laatste dagen op zijn sterfbed waar hij tegen zijn vrouw en beste vriend zegt dat ze bij zijn overlijden al zijn geld samen met hem moeten begraven. Enkele dagen later komt de man te overlijden en zit de familie op de begrafenis. Net als de begrafenisondernemer de kist wil sluiten roept de vrouw:
Vrouw: βWacht even. Ik wil graag dat je deze schoendoos in de kist plaats bij mijn manβ.
Zo gebeurd. De schoendoos wordt in de kist geplaatst en samen met de man begraven. Na de begrafenis zitten de vrouw en de vriend samen aan de koffie.
Vriend βZeg Marleen. Heb je het geld van Jef mee begravenβ.
Vrouw: βJa, dat zat in de schoendoosβ.
Vriend: βHeb je echt al zijn geld dan mee begraven?β
Vrouw: βJa, ik ben gelovig dus vond ik het mijn plicht om zijn wens in vervulling te laten gaanβ.
Vriend: βWel, dat vind ik echt bewonderenswaardig van je. Dat heb je mooi gedaanβ.
Vrouw: βDat vind ik ook. Ik heb al zijn geld op mijn rekening gezet en hem een cheque meegegevenβ.
61. Vervelende aap
Een leeuw en leeuwin zitten samen op de rots in de Savanne waar ze uitkijken over hun territorium. Plots komt een aap voor hen zitten is begint echt de aap uit te hangen.
Leeuwin: βZeg leeuw. Jij bent de koning der dieren. Laat jij die aap zo maar doen?β
Leeuw: βIk ben te groots om mij te laten intimideren door een aap.β
De aap blijft maar uitdagen. Even later is de leeuwin het beu en springt op waarna de aap het op een lopen zet. De leeuwin loopt achter de aap aan tot ze plots aan een rioolpijp aankomen. De aap loopt door de pijp en de leeuwin volgt waarbij ze helaas komt vast te zitten. De aap loopt aan de andere kant uit de pijp loopt terug waar hij de leeuwin ziet vastzitten. Prompt begint de aap op de billen te slaan van de leeuwin.
Aap: βWie is een stoute meid? Wie is een stoute meid?β.
Na enkele minuten weet de leeuwin zich los te wroeten waarna de aap het op een lopen zet. Na een half uurtje wandelen is de leeuwin terug bij de leeuw.
Leeuw: βEn, hoe was de jacht? Heb je de aap een pak rammel gegeven?β
De leeuwin is overladen van schaamte en durft de leeuw niet in de ogen kijken.
Leeuw: βDe aap is door de rioolbuis gelopen zeker hΓ©?β
60. De huwelijkstherapie
Een gehuwd koppel gaat na jaren van saai huwelijk eindelijk op huwelijkstherapie.
Therapeut: βEn vertel eens. Wat scheelt er in jullie huwelijk?β
De vrouw neemt dadelijk het woord en doet haar beklag.
Vrouw: βOns huwelijk is gewoonweg saai geworden. Ik voel me uitgesloten, ik voel me ongewild, ik voel me lelijk, alles is een sleur geworden, ik heb geen uitdaging meer,β¦β en zo gaat de vrouw maar door.
Plots staat de therapeut op en gaat naar de vrouw. Hij neemt haar eens goed vast en geeft haar een hartstochtelijke kus op de lippen.
De vrouw is helemaal van slag, draait met de ogen en heeft een brede lach op haar gezicht.
De therapeut richt zich naar de man.
Therapeut: βZie je dat nu. Dit heeft je vrouw drie keer per week nodig. Kan dat?β
Man: βGeen probleem. Ik kan haar alle dagen brengen behalve op vrijdag.β
59. Eitje bakken
Een vrouw staat in de keuken en is eitjes aan het bakken als haar man binnen wandelt en begint in paniek te roepen.
Man: βVrouw snel. Zie je dat dan niet. De eieren branden aan. Neem snel extra boter uit de ijskastβ
De vrouw haast zich naar de koelkast maar net als ze de koelkast wil openen roept de man weer.
Man: βVrouw snel. Zie je dat dan niet. De eieren branden aan. Draai de eieren eerst om in de panβ
De vrouw haast zich terug naar het fornuis maar net als ze de pan wil pakken roept de man weer.
Man: βVrouw snel. Zie je dat dan niet. De eieren branden aan. Neem eerst extra boter uit de ijskastβ
De vrouw haast zich weer terug naar de koelkast maar net als ze de koelkast wil openen roept de man weer.
Man: βVrouw snel. Zie je dat dan niet. De eieren branden aan. Draai de eieren eerst snel om in de panβ
De vrouw haast zich terug naar het fornuis maar net als ze de pan wil pakken roept de man weer.
Man: βVrouw snel. Zie je dat dan niet. De eieren branden aan. Neem nu toch eerst die boter uit de ijskastβ
De vrouw weet het even niet meer en barst in woede uit.
Vrouw: βZeg man, wat doe je toch? Ik weet wel hoe ik een eitje moet bakken hoor.β
Man: βNu weet je hoe ik me voel als ik met jou ga winkelen.β
58. De brandweerhelden
Een groot chemisch bedrijf staat in brand en alle omliggende brandweerkorpsen zijn al snel ter plaatse. Het vuur slaat overal in en het bedrijf lijkt volledig op te gaan in de vlammen.
Bedrijfsdirecteur: βWe hebben nog geheime plannen in het gebouw. Ik geef 100.000 Euro aan diegene die ze gaat halen.β
Helaas is het vuur gewoonweg te heet en geen enkele brandweerman waagt zich in het gebouw.
Plots komt een extra brandweerwagen aanrijden met de vrijwilligers van leeftijd. Ook zij werden opgeroepen te helpen.
In volle vaart komen ze aanrijden, ze rijden knal doorheen de muren prompt naar het midden van het gebouw. Een ware heldendaad. Ze redden wat er te redden valt en ze rijden terug naar buiten.
De directeur, de jonge brandweerlieden, de media en omstaanders juichen om de brandweermannen van leeftijd met deze heldendaad. De directeur belooft hen extra te belonen door 200.000 Euro te schenken.
Reporter: βGefeliciteerd brandweercommandant. Mag ik vragen, wat gaat u als eerste doen met al dat geld.β
Brandweercommandant: βDe remmen van die klote brandweerwagen laten maken.β
57. Zwanger op tachtigste
Een tachtigjarig man gaat bij de dokter voor zijn jaarlijkse controle.
Dokter: βEn Jan hoe gaat het met je?β
Jan: βAch goed hΓ© dokter. Ik heb al enkele maanden een nieuwe vlam.β
Dokter: βOch hoe leuk. Ken ik ze?β
Jan: βNee ik denk het niet.Het is een vrouwke van vooraan in de dertig, ze is stapelverliefd op mij en ze is zelfs zwanger. Ik krijg dus nog ne kleine. Goed hΓ©β
Dokter: βEuh ja. Zeg Jan, ken je het verhaal van de jager die per ongeluk zijn paraplu mee op jacht nam in plaats van zijn geweer en een beer dood schoot.β
Jan: βNee, dat ken ik niet. Maar hoe kan hij nu een beer schieten met een paraplu? Dan moet volgens mij toch iemand anders geschoten hebben.β
Dokter: βDat is inderdaad de moraal van dat verhaal Jan.β
56. Ben je niets vergeten?
Een koppel van oudere leeftijd is op bezoek bij de dokter waar ze klagen dat ze de dingen sneller en sneller lijken te vergeten. De dokter stelt voor om meer dingen op te schrijven om minder te vergeten. Die avond zitten beiden voor de TV en gaat de man naar de keuken.
Man: βZeg schat, ik ga me een ijsje halen. Wil je er ook één?β
Vrouw: βOch ja, eentje met vanille-ijs. Moet je dat niet opschrijven?β
Man: βMaar nee. Dat kan ik nu nog wel onthouden.β
Vrouw: βDoe er ook slagroom op. Moet je dat niet opschrijven?β
Man: βMaar nee. Dat kan ik nu ook nog wel onthouden.β
Vrouw: βSchrijf het toch maar op om zeker te zijnβ
Man: βMaar nee. Ik kan het wel onthouden. IJsje vanille met slagroom. Zo moeilijk is dat nu ook weer niet.β
Een tiental minuten later komt de man terug uit de keuken met een bord spek en eieren. De vrouw kijkt de man ietwat vreemd aan.
Vrouw: βAwel. Ben je niets vergeten?β
Man: βEuuhh nee denk ik.β
Vrouw: βEn waar zijn dan mijn boterhammen?β
55. Ooh, wat ziet hij er oud uit
Een dame is volop aan het winkelen in de supermarkt en staat vervolgens aan de drukke kassa te wachten. In haar ooghoek ziet ze precies een bekende achter haar staan. Na wat denken realiseert ze zich dat hij een oude klasgenoot is uit de lagere school. Maar wat is hij oud geworden. Grijs haar en al de nodige rimpeltjes.
Vrouw: βExcuseer meneer maar zou het kunnen dat ik u ken?β
Man: βOch dat zou wel eens kunnen. Van waar kennen wij elkaar dan?β
Vrouw: βVan in de lagere school denk ik.β
Man: βOch ja, welke les gaf u dan.β
54. Vrouw verloren in de winkel
Een oude man botst met zijn winkelkar tegen een andere man.
Oude man: βOohh excuseer meneer. Ik had u niet gezien.β
Man: βGeen probleem meneer. Ik was op zoek naar mijn vrouw en ik had je niet zien aankomen.β
Oude man: βAch dat is toevallig. Ik ben ook mijn vrouw kwijt in deze grote winkel.β
Man: βAch ja, vrouwen hΓ©.β
Oude man: βLaten we misschien samen onze vrouwen zoeken?β
Man: βAch ja waarom niet.β
Oude man: βHoe ziet jouw vrouw eruit?β
Man: βZe is blond, groot en ze draagt een kort rokje met ietwat open blouse. En jouw vrouw? Hoe ziet zij eruit?β
Oude man: βAch niet zo belangrijk. We zoeken jouw vrouw.β
53. Dierentuin in nood
Een dierentuin heeft het financieel niet zo breed en probeert iets nieuws. Ze gaan een nieuwe mens-aap promoten. Jef, een medewerker moet hiervoor tegen zijn zin een apenpak aantrekken en in een kooi gekke dingen doen in de hoop dat dit veel aandacht trekt. Jef kruipt in de kooi en doet wat gekke dingen. Helaas trekt ook dit niet echt veel aandacht. Jef besluit dan maar om iets heel gek te doen. Hij kruipt boven op het leeuwenkooi en begint rare toeren uit te halen.
Succes. Alle bezoekers in de dierentuin zien het gebeuren en ze komen allen kijken naar de mens-aap op de leeuwenkooi. Jef geniet van het succes tot hij plots door het dak valt, in de leeuwenkooi. Als snel komt een eerste leeuw aangelopen.
Jef begint te brullen: βHelp, help mij !!!β
Leeuw: βPssssssttt. Zwijg Jef. Dadelijk zijn we allebei ontslagen.β
52. Politicus in de hel
Een politicus komt te overlijden en staat aan de poort bij Sint Pieter waar hij gevraagd wordt waarvoor hij zal kiezen. De hemel of de hel.
Politicus: βAwel Sint Pieter. Ik ben een Politicus, dus ik kan enkel maar objectief kiezen als ik zowel hemel als de hel gezien hebβ
Sint Pieter: βBegrijp ik jongen. De hemel heb je al gezien dus zend ik je nu een dagje naar de helβ
En Plof β¦ de Politicus wordt wakker in de hel. Angstig van hetgeen hij te zien zal krijgen heeft hij de handen voor de ogen. Hij kijkt langzaam tussen zijn vingers en vangt een eerste glimp op van de hel.
Politicus: βWat is dat nu. Ik zit verkeerd denk ikβ
Een prachtig strand met palmbomen, een gigantisch hotel met bar en lekker eten, mooie vrouwen en lachende mensen om zich heen. Gewoonweg ongelooflijk.
Plots verschijnt de duivel naast hem.
Politicus: βBen ik hier in de hel?β
Duivel: βAch ja kerel. Dit is nu de hel. Niets dan plezier en genotβ
De hele dag wordt de politicus verbaasd door het mooie wel en wee in de hel.
De dag later verschijnt hij terug bij Sint Pieter waar hij gevraagd wordt te kiezen. De hemel of de hel.
Politicus: βAwel Sint Pieter. Je gaat het misschien niet geloven maar ik kies voor de helβ
En plof β¦ de Politicus wordt weer wakker in de hel.
Er is thans één probleem. Geen strand, geen hotel, geen lachende mensen, geen mooie vrouwen meer. Enkel nog geschreeuw, vuur en vlam.
De duivel verschijnt weer naast de politicus.
Politicus: βZeg duivel. Hoe zit het, waar is al dat moois van gisteren naartoeβ
Duivel: βAch maar ja, gisteren zaten we in de verkiezingscampagne. Nu heb je gekozenβ
51. Bedrogen, of toch niet?
Een vrouw heeft vroeger gedaan met werken en wil haar man thuis eens lekker verrassen. Ze opent stilletjes de voordeur en stapt langzaam de trappen op. Ze hoort wat gerommel in de slaapkamer waar ze tot haar grote verbazing haar man in bed ontdekt met een vreemde vrouw.
Vrouw: βHoe kan je dit doen. Ik kom even wat vroeger thuis en betrap je in bed met een anderβ.
Man: βMaar ik kan het uitleggen liefje. Het is niet wat je denktβ.
Vrouw: βAch nee. Leg dat dan maar eens uitβ.
Man: βWel deze lieve dame stond te liften en ik heb haar meegenomenβ
Man: βOnderweg merkte ik dat ze honger had dus heb ik haar mee naar huis genomen en haar de lasagne klaargemaakt die jij niet kan etenβ
Man: βToen zag ik dat haar kleren stuk waren dus heb ik haar jouw broek en blouse gegeven die jij toch niet draagtβ
Man: βToen zag ik dat haar schoenen versleten waren dus heb ik haar die schoenen gegeven die jij niet meer draagtβ.
Man: βToen ik haar terug naar buiten wilde brengen vroeg ze me met tranen in de ogen of ik haar nog iets kon geven wat jij niet meer gebruiktβ.
50. Spookrijder gemeld
Een oudere dame belt ietwat ongerust naar haar man die met de wagen onderweg is naar haar zus.
Dame: βJef, wees voorzichtig onderweg. Ik hoor net op de radio dat er een spookrijder gesignaleerd is op de snelwegβ
Oudere man: βEΓ©n spookrijder ?? Hier zijn er tientallen !!β
49. Dame op zakenreis
Een dame staat op punt te vertrekken op zakenreis.
Dame: βZeg manlief. Ik ga nu vertrekken naar Spanje. Moet ik iets voor je meebrengen?β
Man al lachende: βAch ja, een mooie Spaanse griet hΓ©β
Enkele dagen later komt de dame terug thuis.
Man: βEn, wat heb je uit Spanje meegebracht? Mijn Spaanse griet?β
Vrouw: βIk heb mijn best gedaan maar je zal een negental maanden moeten wachtenβ
Man: βEuuhh hoe bedoel jeβ
Vrouw: βDan weet ik of het een meisje isβ
48. President Trump op bezoek in BelgiΓ«
President Trump is op bezoek in BelgiΓ« en wordt op de luchthaven opgewacht door Premier Michel.
Michel: βLeuk je te ontmoeten meneer Trump. Wat vind je trouwens van onze mooie Luchthavenβ
Trump: βPffff noem je dit een luchthaven? Dit is maar klein tegenover onze luchthavensβ
Ze rijden samen met de wagen naar het buitenverblijf van Michel.
Michel: βKijk eens naar onze grote autosnelwegen meneer Trumpβ
Trump: βPffff noem je dit een snelweg? Dit is maar klein tegenover onze snelwegenβ
Ze arriveren bij het paleis
Michel: βKijk eens hoe groot dit paleis is meneer Trumpβ
Trump: βPffff noem je dit een paleis? Dit is maar klein tegenover onze paleizenβ
Bij binnenkomst gaat Michel naar de kast, neemt zijn geweer en schiet pardoes zijn ezel in de tuin.
Trump: βWat doe jij nu?β
Michel: βHet is ook altijd hetzelfde met die vervelende konijnen in mijnen hofβ
47. Papegaai zonder pootjes
Een papegaai in een dierenwinkel heeft het niet zo goed getroffen in het leven en heeft helaas zijn pootjes verloren. Toch kan hij op een stokje zitten via zijn piemel die hij rond het stokje geklemd heeft.Β Een man wandelt een dierenwinkel binnen op zoek naar een nieuw huisdier.Plots hoort hij een stemmetje: βPak mij, pak mijβ.Β Hij draait zich om en ziet de papegaai zitten.
Man: βAwel papegaai, kan jij praten?β
Papegaai: βYep, ik kan inderdaad praten. Dus ik ben je ideale huisdier hΓ©β
Man: βWaarom dat dan?β
Papegaai: βAch omdat ik je alles kan vertellen wat bij jou gebeurt als je niet thuis bentβ
De man bekijkt de papegaai, ziet zijn rare situatie en besluit de papegaai met de kooi mee te nemen om hem een warm thuis te geven. De volgende avond komt de man thuis en gaat meteen naar de papegaai.
Man: βEn papegaai. Je zou me vertellen wat er gebeurt als ik niet thuis ben. Heb je vandaag iets verdacht gezienβ
Papegaai: βWel de postbode is vanochtend langs geweestβ
Man: βJa, en wat is er gebeurdβ
Papegaai: βDe postbode heeft zich helemaal uitgekleedβ
Man: βWat, en toen, wat is er toen gebeurdβ
Papegaai: βToen heeft je vrouw zich helemaal uitgekleedβ
Man: βWat, en toen, wat is er toen gebeurdβ
Papegaai: βDat weet ik nietβ
Man: βHoe dat weet je niet. Waarom nietβ
Papegaai: βToen ben ik van mijn stokje gevallenβ
46. Jezus wacht op u
Een man komt de dierenwinkel binnen waar hij plots een stem hoort zeggen:
βJezus wacht op uβ
De man draait zich om en ziet een papegaai zitten.
Man: βHΓ© jij kan pratenβ
Papegaai: βJazeker en nog vlot ookβ
Man: βOch dat is knap. Heb jij ook een naam?β
Papegaai: βJa ik heet Mozesβ
Man: βHahaha, wat voor type mensen noemt hun papegaai nu Mozes?β
Papegaai: βhetzelfde type dat hun hond Jezus noemtβ
45. Het vogeltje is dood
Een vrouw gaat naar de dierenarts met haar ziek vogeltje.Β De dierenarts kijkt naar het vogeltje en stelt vast dat het helaas dood is.
Dierenarts: βSorry mevrouw maar het vogeltje is helaas doodβ
Vrouw: βWat, is mijn vogeltje dood? Hoe weet jij dat nu zo zeker. Je hebt niet eens testen gedaan of zo. Misschien ligt het in coma of slaapt het gewoon evenβ
De dierenarts is ietwat geΓ«rgerd en gaat naar de dierenzaal.Β Even later komt hij terug met twee katten en laat ze aan het vogeltje snuffelen.
Na het snuffelen gaan beide katten ongeΓ―nteresseerd op hun achterste zitten.Β De dierenarts doet de katten terug naar de dierenzaal en komt terug binnen.
Dierenarts: βIk denk dat we kunnen stellen dat het vogeltje echt wel dood isβ
De dierenarts gaat naar zijn kassa en maakt de rekening.
Dierenarts: βDat is dan 200 Euroβ
Vrouw: βWatte, 200 Euro om te vertellen dat mijn vogeltje dood is?β
Dierenarts: βWat had je dan gedacht met twee catscansβ
44. Twee stieren
Een oude en jonge stier staan in de wei te pronken over het aantal koeien die ze hebben. Plots komt de boer met een nieuwe stier aanzetten. Een grote sterke stier. Ze zullen de koeien dus moeten delen met de nieuwe grote sterke stier.
Oude stier: βAwel grote sterke stier. Van mij krijg je tien koeien.β
De nieuwe sterke stier kijkt naar de jonge stier. Die begint prompt te blazen en met zijn horens in de grond te woelen.
Oude stier: βJonge kerel. Wat doe je nu. Geef die sterke stier enkele koeien en zorg dat je geen pak rammel krijgt.β
Jonge stier: βEnkele koeien geven. Hij mag al mijn koeien hebben.β
Oude stier: βWat sta jij dan zo te blazen en in de grond te woelen?β
Jonge stier: βAh, ik hoop zo dat hij ziet dat ik een stier ben.β
43. Spoelen met water
Een vrouw is radeloos omdat haar man steeds meer en meer boos en woest wordt tijdens een ruzie. Ze gaat naar een vriendin om raad.
Vrouw: βIk krijg meer en meer angst van mijn man. Als we ruzie hebben, dan slaat hij volledig door en wordt hij echt woest. Ik weet me geen raad meerβ
Vriendin: βAch maar hiervoor heb ik een simpel trucje. Van zodra je man boos begint te worden drink je gewoon wat water.Maar in plaats van door te slikken, houd je het water in je mond en je gaat spoelen. Je blijft spoelen tot de woede van je man weg isβ
Na enkele weken komen de vriendinnen elkaar weer tegen.
Vriendin: βEn hoe gaat het met de ruzie?β
Vrouw: βOch prachtig. Geen probleem meer. Van zodra we starten met ruzie maken, neem ik water in mijn mond en begin te spoelen. Na enkele seconden is de ruzie al terug over. Ik wist echt niet dat een beetje water mijn man zou doen zwijgenβ
Vriendin: βHet ligt niet aan het water. Het is je klep dichthouden wat je man bedaartβ
42. De baas zijn nieuwe wagen
Een baas heeft een nieuwe wagen gekocht en komt ermee pronken op het werk waar één van zijn medewerkers hem aanspreekt.
Medewerker: βBaas, gefeliciteerd met je nieuwe wagen. Een mooie autoβ
Baas: βAwel jongen. Als jij hard werkt, doelen vooropstelt, je doelen ook behaald, je voorneemt om beter en efficiΓ«nter te presteren, awel β¦ dan kan ik volgend jaar nog een grotere wagen kopenβ
41. Geklop op de deur
Het was midden in de nacht toen ik plots geklop hoorde op de deur. Het was een politieman. Dat kon ik echt wel missen. Maar hij bleef kloppen. Ik deed alsof ik hem niet hoorde in de hoop dat hij weg zou gaan. Plots keek hij door het raam.
Politieman: βHey jij daar, doe open. Denk je nu echt dat ik je niet zie.β
Ik: βSorry meneer maar je komt niet binnen.β
Politieman: βIk wil niet binnen, ik wil dat je uitstapt.β
40. De geest en de directeur
Twee werknemers en hun directeur zijn wat aan het wandelen in een bos tijdens hun middagpauze. EΓ©n van hen ziet een olielamp, wrijft over de lamp en plof, een geest verschijnt.
Geest: βJullie hebben me bevrijd, dus jullie mogen elk één wens doenβ
Eerste werknemer: βIkke eerste, ikke eerst. Ik wil naar het zuiden van Spanje op een prachtig wit strand in een all-in hotelβ.
En plof, de eerste werknemer is weg, naar Spanje.
Geest: βWie nu?β
Tweede werknemer: βNu ikke, nu ikke. Ik wil naar Hawaii op strand tussen de palmbomen met een long-drinkβ.
En plof, de tweede werknemer is weg, naar Hawaii.
Geest: βEn nu jij. Wat wil jij?β
Directeur: βDie twee pummels terug op kantoor om één uurβ
39. Elke professor vertrouwt zijn studenten, toch?
Een groep van klanten, ingenieurs en professoren wordt gevraagd een nieuw type passagiersvliegtuig te testen. Ze zetten zich neer in het vliegtuig maar schrikken prompt terug recht wanneer hen gemeld wordt dat het vliegtuig gebouwd werd door studenten. Alleen één professor blijft rustig zitten.
Piloot: βBeste professor, hoe komt het dat u rustig blijft zitten terwijl iedereen vol angst uit het vliegtuig gevlucht is?β
Professor: βAch, mijn studenten hebben de elektronica van dit vliegtuig gebouwdβ
Piloot: βDat is knap. Heeft u dan ook niet een beetje schrik?β
Professor: βAch neen. Ik heb het volste vertrouwen in mijn studenten. Het vliegtuig zal niet eens starten.β
38. Help, mijn man zit vast
Een koppeltje is aan het rijden met de wagen. Na een tijdje krijgt de dame plots zin in een nummertje en tracht ze haar man te overhalen.
Vrouw: βToe manlief doe nu even meeβ
Man: βNee schatje, ik ben aan het rijdenβ
Vrouw: βStop dan evenβ
Man: βNee schatje, we zijn al te laatβ
Vrouw: βDan doen we het al rijdende. Ik trek alvast mijn kleren uitβ
De dame zit naakt in de wagen terwijl ze probeert de kleren van haar man uit te doen. De man zit nog maar net naakt of knal. Hij raakt van de weg en knalt op een boom. De man zit helaas gekneld, naakt.
Man: βSchatje, ga snel hulp halen. Bij die boerderij daarβ
Vrouw: βDat gaat niet. Ik ben naakt en de kleren zijn allemaal gaan vliegen met die knalβ
Man: βNeem dan mijn schoenen en steek ze tussen je benen zodat de boer niks kan zienβ
Zo gezegd, zo gedaan. De vrouw doet de schoenen van de man uit en steekt ze tussen haar benen. Ze loopt naar de boerderij en klopt aan.
De boer opent de deur en ziet de naakte vrouw staan met twee schoenen tussen haar benen.
Vrouw: βMeneer, meneer, kan je me helpen. Mijn man zit vast.β
De boer kijkt tussen haar benen en zegt:
Boer: βMo lief vrouwtjeΒ toch. Daar krijg ik die ook niet uit hoor.β
37. Een koppeltje wordt verdacht van ...
Een politieagent is op nachtcontrole en rijdt doorheen een bos waar hij plots een wagen ziet staan. Hij stapt uit en sluipt naar de wagen. Hij klopt op het raam. De jonge bestuurder schrikt zich verrot en opent beangstigend het raam.
Agent: βAwel. Wat zit jij hier te doen. Midden in een bos in het donkerβ
Jongeman: βEuhhh, een magazine aan het lezen meneer de agentβ
De agent kijkt op de achterbank en ziet plots een jongedame zitten.
Agent: βAwel, en wat doet die jonge dame dan op de achterbank?β
Jongemanβ βEuhhh, die leest ook een magazine meneer de agentβ
De agent staat met volle ongeloof te kijken. Een jongeman en jongedame in het donker alleen in een wagen zonder enige intentie.
Agent: βDat is knap jongen. Hoe oud ben je eigenlijk?β
Jongeman: βNegentien meneer de agentβ
Agent: βEn jij jongedame. Hoe oud ben jij?β
Jongeman: βZe wordt achttien in precies twaalf minutenβ
36. Een gelovige beer
Een ongelovige atheΓ―st is op wandel in een bos en wandelt al uren zonder ook maar iemand gezien te hebben. Plots hoort hij geritsel in de zijkant en ziet hij een grote beer op hem afstormen. Hij zet het op een lopen maar de beer slaat hem pardoes tegen de grond. De man valt op zijn rug waarna de beer meteen over de man gaat staan. Als de beer met zijn voorpoot wil uithalen naar de man zegt de man:
Man: βOch god neenβ
Prompt staat de tijd stil. De beer staat onbeweeglijk, het bos is stil, en een wit licht schijnt op de man waarna een zware stem te horen is.
God: βWat denk je nu wel. Heel je leven geloof je niet in mij en nu je leven in gevaar is, roep je mij. Je denkt toch niet dat ik je ga helpenβ
Man: βNee, eigenlijk heb je gelijk. Ik verdien het niet om nu een goede christenΒ te worden, maar misschien kan je van de beer een goede christenΒ makenβ
Het wit licht verdwijnt en de beer komt weer tot leven.
De beer legt zijn twee voorpoten op de borstkas van de man en zegt:
Beer: βOch heer, zegen dit eten dat ik ga ontvangen in naam van uw zoon Jezusβ
35. Wie kent de Mark?
Mark en Jef, twee boerenvrienden staan wat te drinken op een prominent feestje terwijl Mark tot verveling van Jef zit op te scheppen over zijn sociale media en zijn vele connecties.
Mark: βJaja Jef, ik ken echt iedereen. Noem maar eens iemand. Zeg maarβ
Jef: βAweleuhhh, presentatrice Ann Lemmensβ.
Mark: βAch ja die ken ik persoonlijk. Kom maar even meeβ
Jef loopt vol ongeloof met Mark mee doorheen de feestzaal. Ze zien Ann.
Ann: βAch Mark. Hoe is het. Dat is lang geleden. Alles goed hoop ikβ
Jef staat er stomverbaasd bij te kijken
Mark: βJaja Jef, dat had je niet gedacht hΓ©. Ik ken echt iedereen. Noem maar eens iemand. Zeg maarβ
Jef: βEuhhh, Luc Allooβ.
Mark: βAch ja die ken ik persoonlijk. Kom maar even meeβ
Samen lopen ze even doorheen de feestzaal en ze zien Luc.
Luc: βAch hier de Mark. Hoe is het kerel. Alles goed hoop ikβ
Jef staat er wederom stomverbaasd bij te kijken
Mark: βJaja Jef, dat had je niet gedacht hΓ©. Ik ken echt iedereen. Noem maar eens iemand. Zeg maarβ
Jef: βAwel Mark, de ster van vanavond, zangeres Lady Gagaβ.
Mark: βAch ja die ken ik persoonlijk. Kom maar even meeβ
Helemaal vol ongeloof loopt Jef weer mee met Mark doorheen de feestzaal en ze zien Lady Gaga die prompt een babbeltje slaat met Mark.
Naast Jef komt plots zanger Koen Wouters van Clouseau staan. Die vraagt aan Jef:
Koen Wouters: βTegen wie staat de Mark eigenlijk te praten?β
34. De kat of de schoonmoeder.
Een man en een vrouw zijn opgetut om naar een feestje te gaan als de taxi voor de deur stopt. De man wil net de achterdeur sluiten als plots de kat nog tussen zijn benen naar binnen glipt. De man holt de kat achterna, terwijl de vrouw al naar de taxi gaat zodat deze zeker niet vertrekt.
Vrouw: βDag meneer. Sorry maar het kan nog even duren. Mijn man is nog even aan het napraten met mijn moederβ
Na enkele minuten komt de man aangehold en stapt eveneens in de taxi.
Man: βDag meneer. Sorry dat het even geduurd heeft. De trees zat verscholen onder het bed en ik heb haar met de kleerhanger moeten porren. Uiteindelijk heb ik ze met haar nekvel gepakt en buiten gezet. Ik hoop nu maar dat ze niet in de tuin gaat schijtenβ
33. De Gorilla op cafe
Een gorilla stapt een cafΓ© binnen en bestelt een frisse pint bier.
De cafΓ©baas staat stomverbaasd te kijken maar besluit toch maar de pint te tappen.
Hij overhandigt de pint waarna de gorilla een briefje van twintig Euro schuift.
De cafébaas neemt het biljet maar wil even een testje doen. Hij geeft maar één Euro wisselgeld terug.
De gorilla zegt niets en drinkt rustig aan zijn pint.
De cafΓ©baas kan het echt niet meer houden en wil er het fijne van weten. Hij probeert langzaam een gesprek op te starten.
CafΓ©baas: βEuhhh, ik krijg niet zo vaak gorillaβs in mijn cafΓ©β
Gorilla: βWat had je dan gedacht als een pint negentien Euro kostβ
32. Snel in rekenen
Peter: βHoi Hans. Ik heb horen zeggen dat jij enorm snel bent in rekenenβ
Hans: βJa dat kloptβ
Peter: βOch ja, hoeveel is dan 12 x 7?β
Hans: βAwel 105β
Peter: βHΓ¨, dat is nog niet eens in de buurt!β
Hans: βJa, maar het was wel enorm snel hΓ©β
31. In drie dagen niet gezien
Een man krijgt zijn maandloon uitbetaald maar in plaats van naar huis te gaan, gaat hij op stap met zijn vrienden terwijl zijn vrouw thuis ongerust zit te wachten. Na een weekendje stappen komt de man eindelijk thuis.
De vrouw is furieus en schreeuwt het uit van woede. Te midden van haar frustraties stelt ze haar man op de proef:
Vrouw: βIk ben pisnijdig op jou en terecht denk ik. Hoe zou jij je voelen als je mij in twee dagen niet zou zien?β
Man: βAwel se, ik zou dat niet erg vindenβ
De eerste dag erna zag hij zijn vrouw niet.
De tweede dag erna zag hij zijn vrouw nog steeds niet.
De derde dag zag hij zijn vrouw een beetje toen de zwelling rond zijn oog begon af te nemen.
30. Voetbal in de hemel
Twee oude vrienden zitten bij elkaar wat te praten over de tijd dat ze zelf nog voetbal speelden.
Peter: βZeg Harry, zou er in de hemel eigenlijk ook voetbal zijn?β
Harry: βGeen idee Peter maar ik hoop het. Dat zou wat zijn hΓ©β
Peter: βWeet je wat, als één van ons komt te sterven en er is voetbal in de hemel, dan moet de één het tegen de ander komen vertellenβ
Harry: βDat is afgesproken Peter. Doen weβ
Enkele jaren later komt Harry helaas te overlijden en in de nacht van de begrafenis hoort Peter plots een stem die hem roept.
Harry: βPeter .... Peter .... ik ben het Harryβ
Peter: βHarry jongen, hoe is het daarboven? Is er voetbal?β
Harry: βTja, wat dat betreft heb ik goed nieuws en slecht nieuwsβ
Peter: βVertel eerst het goede nieuws maar Harryβ
Harry: βEr is voetbal hier kerel. Meer nog. Al onze overleden vrienden zijn hier. We zijn allemaal terug jong, het is hier altijd mooi weer en we spelen elke week wedstrijdenβ
Peter: βOchhhh hoe mooi Harry. Wat is dan het slechte nieuws?β
Harry: βJij staat zaterdag ook in de ploegβ
29. De man en de struisvogel
Een man komt een eetzaak binnen met een struisvogel en bestelt wat te eten.
Man: βIk wil graag een broodje kaas en een koffie. Jij hetzelfde vogel?β
Struisvogel: βOch jaβ
Na het eten reikt de man in zijn broekzak en betaalt met een briefje van honderd.
De dag erna komt de man en de struisvogel weer binnen op de eetzaak.
Man: βIk wil graag een broodje kaas en een koffie. Jij hetzelfde vogel?β
Struisvogel: βOch jaβ
Na het eten reikt de man in zijn broekzak en betaalt met een briefje van honderd.
De dag erna komt de man en de struisvogel weer binnen op de eetzaak.
Man: βIk wil graag een broodje kaas en een koffie. Jij hetzelfde vogel?β
Struisvogel: βOch jaβ
Na het eten reikt de man in zijn broekzak en betaalt met een briefje van honderd.
De koffiedame vindt dit allemaal toch een beetje raar.
Koffiedame: βMeneer mag ik je wat vragen?β
Man: βNatuurlijkβ
Koffiedame: βHoe komt het dat je steeds betaald met een briefje van honderd en wat met die pratende struisvogel?β
Man: βWel, enige tijd geleden vond ik op zolder een oude lamp. Ik wreef erover en een geest kwam tevoorschijn. Ik mocht twee wensen doen. Mijn eerste wens, als ik in mijn broekzak zou rijken zou er steeds een briefje van honderd inzitten. Als tweede wenste ik een lekker kip met lange benen die altijd ja zou zeggen.β
28. Hoeveel katten heb je?
Een juffrouw in de klas geeft een eerste rekensommetje.
Juffrouw: βJantje, als ik jou twee katten geef en nog eens twee katten en nog eens twee katten. Hoeveel katten heb je dan?β
Jantje: βZeven juffrouwβ
De juffrouw is ietwat verbaast en vraagt het nog eens
Juffrouw: βJantje, denk even goed na. Als ik jou twee katten geef en nog eens twee katten en nog eens twee katten. Hoeveel katten heb je dan?β
Jantje: βZeven juffrouwβ
De juffrouw ietwat geΓ―rriteerd vraagt even anders
Juffrouw: βJantje, denk nu eens even heel goed na. Als ik jou twee appels geef en nog eens twee appels en nog eens twee appels. Hoeveel appels heb je dan?β
Jantje: βZes juffrouwβ
Juffrouw: βGoed Jantje, dus als ik jou twee katten geef en nog eens twee katten en nog eens twee katten. Hoeveel katten heb je dan?β
Jantje: βZeven juffrouwβ
Juffrouw: βMaar hoe kom jij nu toch aan zeven Jantje?β
Jantje: βIk heb al een kat !!β
27. De wenende hyena
Een Hyena zit te wenen in het Krugerpark in Afrika. Een aap ziet hem zitten en komt hem vragen wat er scheelt.
Hyena: βZie je die boom ginder? Daar moet ik elke dag langs, maar er zit een leeuw die mij telkens weer een pak slaag geeft. Ik zie het echt niet meer zitten.β
Aap: βAch, dat is toch niet zo erg. Weet je wat. Ik ga in die boom zitten en als die leeuw je weer een pak rammel wil geven, spring ik op de leeuw en geef hem ervan langs.β
Zo gezegd, zo gedaan. De aap kruipt in de boom en wacht rustig af. Plots duikt de leeuw op en geeft de hyena promt een pak rammel. Wat later ligt de Hyena verslagen op de grond en loopt de leeuw weer weg.
Hyena: βAap, waar zat je nu. Ik dacht dat je mij ging helpen?β
Aap: βSorry kerel, maar ik had het niet door.β
Hyena: βHoe je had het niet door. Ik schreeuwde het uit van de pijn.β
Aap: βJe was zodanig aan het lachen dat ik dacht dat je aan het winnen was.β
26. Trouwen in de hemel
Een verliefd koppeltje op weg naar hun eigen huwelijk hebben het geluk helaas even niet mee en ze verongelukken in een verkeersongeval. Aan de hemelpoort volgt volgend gesprek met Sint Pieter.
Koppeltje: βSint Pieter. We zouden graag willen trouwen in de hemel. Kan dat?β
Sint Pieter: βOei. Dat is een heel goede vraag. Dit moet ik even gaan onderzoeken.β
Na een maand komt Sint Pieter eindelijk terug.
Sint Pieter: βOef, dan was een lange zoektocht. Ik heb goed nieuws. Het kan.β
Koppeltje: βOhhhh leuk, maar kan je dan ook scheiden in de hemel.β
Sint pieter: βAh nee hΓ©. Dat ga ik nu echt niet onderzoeken.β
Koppeltje: βWaarom niet dan?β
Sint Pieter: βIk heb een maand moeten zoeken om hier in de hemel een priester te vinden. Weet je wel hoe lang ik moet zoeken om een advocaat te vinden.β
25. IJdelheid aan de hemelpoort
Een dobberman, een poedel en een kat zijn gestorven en gaan naar de hemel. Eenmaal in de hemel aangekomen staan ze voor god.
God: βDobberman, wat zijn de principesΒ die je op aarde geleerd hebt?β
Dobberman: βRespect, training en oprechtheid aan mijn baasjeβ
God: βDat is mooi Dobberman. Je mag aan mijn rechter zijde zitten.β
God: βPoedel, wat zijn de principesΒ die je op aarde geleerd hebt?β
Poedel: βLiefde en goedheid aan mijn baasje.β
God: βDat is mooi Poedel. Je mag aan mijn linker zijde zitten.β
God: βKat, wat zijn de principesΒ die je op aarde geleerd hebt?β
Kat: βIk denk dat jij in mijn zetel zit.β
24. Goochelen met een donut
Twee vrienden wandelen in een shopping center en passeren een bakkerij. EΓ©n van de vrienden neemt plots een donut en steekt deze snel in zijn zak.
Jan = βPeter, wat doe jij nu? Dat is stelen kerelβ
Peter = βDat was snel hΓ©. Dat kan je niet overtreffen hΓ© kerel.β
Jan denkt even na en komt tot actie.
Jan = βMeneer de bakker. Zou je graag een unieke goocheltruck willen zien?β
Bakker = βOch jawelβ
Jan = βMag ik een donut van je hebben.β
Bakker = βNatuurlijk alsjeblieftβ
Promt steekt Jan deze in de mond en eet hem op.
Bakker= βHΓ© en wat met de goocheltruck?β
Jan = βKijk eens in de zak van Peterβ
23. P..P...Peter is echt geen stotteraar
Een jongen op school wordt gestraft en moet naar de directeur.
Directeur: βWat is je naam jongenβ
Jongen: βP-P-P Peter meneerβ
Directeur: βOch, heb je de stotter?β
Jongen : βNee meneer, mijn vader was een stotteraarβ
Directeur: βWaarom stotter jij dan P-P-P Peter?β
Jongen: βDe ambtenaar bij mijn geboorte-aangifte was een smeerlapβ
22. Twee zatlappen bij de tram
Twee dronken mannen waggelen in het midden van de nacht door het centrum van de stad tot ze aan de tramlijnen aankomen.
Frank: βZeg, Jef. Tram vijf rijdt die nog?β
Jef: βIk weet het niet Frankβ
Frank: βGa het eens vragen aan die Politie-agentβ
Jef: βMeneer, tram vijf rijdt die nog?β
Politie-agent = βNee, meneer. Het is drie uur in de nacht. Tram vijf rijdt niet meerβ
Jef gaat terug naar Frank en zegt hem dat tram vijf niet meer rijdt. Frank denkt even na.
Frank: βAhh maar tram zeven. Die rijdt nog denk ik?β
Jef: βIk weet het niet Frankβ
Frank: βGa het eens vragen aan die Politie-agentβ
Jef: βMeneer, tram zeven rijdt die nog?β
Politie-agent: βNee, meneer. Het is drie uur in de nacht. Tram zeven rijdt niet meerβ
Jef gaat terug naar Frank en zegt hem dat tram zeven niet meer rijdt. Frank denkt even na
Frank: βAhh maar tram negen. Die rijdt nog denk ik?β
Jef: βIk weet het niet Frankβ
Frank: βGa het eens vragen aan die Politie-agentβ
Jef: βMeneer, tram negen rijdt die nog?β
Politie-agent geΓ―rriteerd: βNee, meneer. Het is drie uur in de nacht. Tram vijf rijdt niet, tram zeven rijdt niet, tram negen rijdt niet. Het is drie uur. Er rijdt geen enkele tram om dit uur !!β
Jef: βHΓ© Frank. Er rijdt geen enkele tram om dit uur !!β
Frank: βAchh dat is goed. Dan kunnen we veilig overstekenβ
21. Wees voorzichtig met analisten
De vrouw van een computeranalist vraagt haar man of hij na werk snel even bij de winkel kan passeren.
Vrouw: βManlief. Kan je straks even bij de winkel stoppen en een biefstuk meebrengen? En als ze eieren hebben, doe er achtβ
De vrouw komt thuis en kijkt in de ijskast.
Vrouw: βZeg manlief, Waarom heb je in hemelsnaam acht biefstukken gekocht?β
Man: βZe hadden eierenβ
20. Knap op de sportdag
Een jongen komt thuis van school en gaat met trots naar zijn vader vertellen over zijn sportprestaties tijdens de sportdag.
Jongen: βHoi pappa, ik heb vandaag gewonnen met hardlopen op de sportdagβ
Pappa: βMooi, goed gedaan jongen.β
Jongen: βEn ik heb ook gewonnen met zwemmen pappa.β
Pappa: βMooi, goed gedaan jongen.β
Jongen: βEn ik heb ook gewonnen met hoogspringen pappa.β
Pappa: βMooi, goed gedaan jongen.β
Jongen: βHoe komt het toch dat ik alles win pappa? Is het omdat ik zo atletisch ben of dat de andere gewoon slecht zijn in sport?β
Pappa: βIk denk omdat je al twee jaar bent blijven zitten.β
19. De taxi chauffeur
Een man gaat aan de slag op zijn eerste werkdag als taxichauffeur. Zijn eerste passagier van de dag stapt in de taxi.
Passagier: "Graag naar het vliegveld AUB."
Taxichauffeur: "Geen probleem"
Na een kwartiertje rijden door de stad besluit de passagier om even halt te houden bij een bloemenwinkel en tikt de taxichauffeur even op de schouder.
De taxichauffeur schrikt zich verrot en brult het uit waarna hij stijf van de schrik de taxi stopt.
Taxichauffeur: "Ahhhhh. Wat doe jij nu? Ik schrik me verrot"
Passagier: "Euhh, ik tikte toch maar even op je schouder. Waarom schrik jij daar zo van?"
Taxichauffeur: "Wel het is vandaag mijn eerste dag als taxichauffeur."
Passagier: "OK, maar waarom moet je dan zo schrikken van gewoon een tikje op je schouder?"
Taxichauffeur: "Wel, ik ben tien jaar chauffeur geweest bij een begrafenisondernemer."
18. Kikker op zoek naar liefde
Een kikker is hopeloos op zoek naar de ware liefde en gaat ten einde raad naar een waarzegster.
Kikker: βMevrouw. Ik zoek mijn eeuwige liefde en wilde je vragen of ik haar ooit zal vindenβ
De waarzegster legt de kaarten en voorspelt zijn toekomst
Waarzegster: βIk zie je toekomst en zie goed nieuws en slecht nieuws. Wat wil je horen?β
Kikker: βIk kan geen slecht nieuws meer horen dus zeg me het goede nieuws maarβ
Waarzegster: βJa, je zal je eeuwige liefde ontmoetenβ
Kikker: βOchhhh. Wat kan je me nog vertellen?β
Waarzegster: βHet is een meisje, knap en zeer intelligent. Ze heeft een prachtig figuur en is sportief. Ze heeft prachtig mooi lang haar en een mond om te kussen.β
Kikker helemaal van de kaart: βWaaauuuw prachtig.β
De kikker droomt even weg, draait zich om en vertrekt. Toch draait hij even terug.
Kikker: βSorry mevrouw, maar wat was dan eigenlijk het slechte nieuwsβ
Waarzegster: βJe zal haar ontmoeten in de les biologieβ
17. Brommers in de boom
Een man wandelt door een bos en ziet plots een man in een boom zitten die uit volle teugen de geluiden en de houding van een brommer imiteert. "Brrrmmmm, brrrrmmmβ. De man kijkt wat verbaasd rond, krapt even door zijn haar en wandelt verder. Ietwat verder ziet hij weer een man in de boom zitten met hetzelfde verhaal. Een brommer aan het immiteren βBrrrmmmm, brrrrmmmβ Wederom kijkt de man verbaasd rond, wrijft even over de kin en gaat dan maar verder. Ietwat verder ziet hij weer een man in de boom zitten. Stil.
Man : βHΓ©, meneer. Mag ik je iets vragen?β
Man in de boom: βNatuurlijk, Hoe kan ik je helpen.β
Man: βWel eigenlijk iets vreemd. Ik zag net een man in de boom zitten die een brommer imiteertΒ en iets verder zat nog een man die een brommer imiteer. Weet jij wat daarvan de bedoeling is?β
Man in de boom: βWat.... zijn die gasten al vertrokken ... Brrrmmmm, brrrrmmmβ
16. Hoe heet "op elkaar liggen"?
Een jonge kerel van twaalf jaar jong gaat naar zijn mamma en vraagt:
Jongen: βMamma, hoe noemen ze dat als twee mensen op elkaar liggen?β
De mamma is even van de kaart door de vraag maar ze probeert toch een nuttig antwoord te bieden.
Mamma: βTja jongen dat noemen ze seksueleΒ betrekking hebben.β
De jongen verdwijnt naar de woonkamer en komt plots wenend terug.
Mamma: βWat is er jongen. Waarom ween je?β
Jongen: βIk moet morgen naar de schooldirecteur komen.β
Mamma: βWaarom dat jongen?β
Jongen: βHet antwoord was een stapelbedβ
15. Einstein op congres
Einstein is met zijn vaste chauffeur onderweg naar het zoveelste congres waar hij moet spreken over het universum.
Einstein: βChauffeur, ik ben het beu om naar al die congressen te gaan, pfff....β
Chauffeur: βDat kan ik begrijpen. Ik ben al zo vaak met jou meegeweest dat ik zelfs jouw teksten kenβ
Einstein: βWel dat brengt me op een idee. We gaan wisselen. Ik ga vandaag als chauffeur en jij spreekt op het congres in mijn plaatsβ
Zo gezegd, zo gedaan. Beiden wisselen ze hun kleding, de chauffeur gaat naar het podium en Einstein gaat vooraan tussen de congresleden zitten.
Eén van de congresleden wil extra opvallen door aan Einstein een zéér moeilijke vraag te stellen.
De chauffeur reageert:Β βMeneer, dat is wat ik noem een zéér makkelijke vraag. Ze is zo makkelijk dat ik ze door mijn chauffeur ga laten beantwoordenβ
14. Schoenen maken de man
Een alleenstaande dame wil nog eens van bil gaan en zoekt raad bij haar vriendin.
Francine:β Zeg Marie, hoe kan je eigenlijk bij een man zien of hij al dan niet goed voorzien is?β
Marie:βAch aan de voeten hΓ© Francine. Des te groter de voeten, des te groter, je weet wel.β
De volgendeΒ ochtend komt de postbode langs. Francine wordt promt overstelpt door de grote schoenen van de man en probeert hem meteen te verleiden.
Francine: βZeg postbode, jij bent toch ook vrijgezel hΓ©. Heb je geen goesting om met mij even naar boven te gaan?β
De posbode denkt even na en gaat op de verleiding in.
Postbode: βAwel ja Francine. We kennen elkaar toch al lang, dus waarom niet. Ga jij alvast naar boven en ik kom directβ
Zo gezegd zo gedaan.
Na een kwartier is de postode nog steeds niet boven wordt Francine toch ongeduldig en gaat kijken wat er gaande is.
Beneden ziet ze de postbode staan prutsen om zijn hemd los te krijgen.
Francine:β Waar blijf je toch postbode. Ik lig al even te wachten.β
Postbode:βArcchhhhhh het is ook altijd hetzelfde met die werkkleding van de post. Altijd weer de hemden te klein en de schoenen te grootβ
13. Effe bandje wisselen
Een man heeft lekke band en staat langs de kant van de weg om de band te wisselen. Plots komt een fietser langs, stopt, breekt prompt de radio uit de wagen en fietst weer door.
Autobestuurder :βHΓ©, wat doe jij nu?β
Fietser: βJij de banden, ik de radio.β
12. De paal
Een directeur van een gekkenhuis staat in zijn raam wat naar buiten te kijken tot hij plots een gek op een hoge paal ziet klimmen. Tot grote verbazing van de directeur kleeft de gek boven op de paal een briefje. De directeur gaat naar beneden, gaat naar de paal en beklimt eveneens de hoge paal. Eenmaal boven aangekomen leest hij het briefje.
βDit is het einde van deze paalβ
11. Naar Amerika
Een koppel van leeftijd gaat voor de eerste keer op vakantie naar Amerika.
Man: βZeg vrouw, wist jij dat ze hier in Amerika ook hond eten?β
Vrouw: βNeen, maar hoe kom je daarbij?β
Man: βHet staat te lezen op dat bord bij dat kraampje daar.β
Vrouw: βAls we ons Amerikaan willen voelen, moeten we het toch eens proberen.β
Man naar hot-dog verkoper:β Wij hadden graag twee maal dog alstublieft.β
De hot-dog verkoper maakt twee hot-dogs en geeft deze aan de man en vrouw. Ze gaan samen op een bankje zitten waarna de man zijn broodje openvouwt.
Man verbaasd: βZeg vrouw, welk deel van de hond heb jij gekregen?β
10. Een moeder in twijfel
Een moeder in twijfel over haarzelf vraagt even bevestiging bij één van haar kinderen
Moeder: "Markske jongen, vind je dat ik een goede mamma ben?"
Zoon : "Euuhh ma...Β Ik ben Benny"
9. In het gekkenhuis
Elke maand wordt in een instelling voor "gekken" een "echte wereld" leefsituatie-test gehouden om te achterhalen of er gekken zijn die terug normaal zijn en dus losgelaten kunnen worden. In deze test zijn er twee gekken die een gewone dagelijkse situatie dienen na te spelen. De ene is een bakker, en de ander een klant die een brood komt kopen. Als ze beiden de situatie goed onder controle hebben, mogen ze vrij.
Gek 1, de klant, klopt op de deur en gaat binnen "HΓ© bakker, ik had graag een kropje sla en een zak aardappelen."
Gek 2, de bakker "Maar nee man,Β ik ben een bakker. Ik heb geen sla of aardappelen. Dat begint hier al goed. AlleeΒ opnieuw"
Gek 1 gaat terug buiten en begint overnieuw.
Gek 1, de klant, klopt op de deur en gaat binnen "HΓ© bakker, ik had graag een zak katteneten en een kattenbak."
Gek 2, de bakker "Maar nee man,Β ik ben een bakker. Ik heb geen katteneten of een kattenbak. Opnieuw"
Gek 1 gaat weer terug buiten en begint overnieuw.
Gek 1, de klant, klopt op de deur, zucht even en gaat binnen "HΓ© bakker, ik had graag een grijs brood, gesneden."
Gek 2, de bakker, "Aha, eindelijk, nu is het goed. En waar zijn je lege flessen?"
8. Nachtmerries
Er komt een man bij de dokter met last van nachtmerries
Dokter: "Wat kan ik voor je doen?"
Man: "Ik heb vreselijke last van nachtmerries."
Dokter: "Och, dat is lastig. Kan je me ze omschrijven?"
Man: "Ik zie steeds naakte vrouwen die op me afkomen. Ik duw ze weg maar ze blijven komen. Ik duw ze weer weg maar ze blijven maar komen."
Dokter: "Wat wil je dan dat ik daaraan doe?"
Man: "Breek mijn armen"
7. Vrouw zoekt een tuinman
Een dame heeft een grote tuin en zoekt een vlijtige tuinman. Ze plaatst een advertentie in de krant en krijgt een eerste kandidaat.
Dame: "Ik wil even testen of je als tuinman wel uit het goede hout gesneden bent."
Tuinman: "Geen probleem. Wat moet ik doen?"
Dame: "Ik leg me in de kruiwagen en jij rijdt me omheen mijn volledige tuin."
Zo gezegd zo gedaan.
Tuinman : "En mevrouw, was het goed? Ben ik aangenomen?"
Dame: "Je bent sterk, je bent vlijtig, maar ik twijfel nog. Ik wil nog een test doen. Ik leg me in lingerie in de kruiwagen en je gaat weer rond de volledige tuin"
Zo gezegd zo gedaan.
Tuinman : "En mevrouw, was het goed? Ben ik aangenomen?"
Dame: "Je bent sterk, je bent vlijtig, maar ik twijfel nog. Ik wil nog een laatste test doen. Ik leg me nu volledig naakt in de kruiwagen en je gaat weer rond de volledige tuin"
Zo gezegd zo gedaan.
Tuinman : "En mevrouw, was het goed? Ben ik aangenomen?"
Dame: "Neen, helaas."
Tuinman: "Och, mag ik dan vragen waarom niet?"
Dame: "Je bent sterk, je bent vlijtig, maar je ziet geen werk liggen."
6. De vlaggenmast
Jan en Jef zijn twee gemeentewerkers die de hoogte van een vlaggenmast moeten opmeten aan het gemeentehuis.
Jan : "Zeg Jef, hoe kunnen wij nu in godsnaam de hoogte van die mast meten? Die is toch veel te hoog!"
Jef : "Tja Jan dat is inderdaad een goede vraag. Die mast is inderdaad veel te hoog voor ons."
Een blondje hoort net het gesprek en gaat meteen aan de slag.Β Ze neemt de pen uit de mast-as en laat de mast langzaam naar omlaag kantelen.Β Ze neemt de meter en meet de mast. Vier meter zegt ze enthousiast en ze gaat door.
Jan : "Haha, heb je dat nu gezien Jef. Dat is nu echt wel een dom blondje."
Jef : "Och, waarom dan Jan?"
Jan : "Wij moeten de hoogte weten en zij meet de lengte."
5. Baas ik heb hoofdpijn
Een man gaat naar zijn baas klagen over hoofdpijn.
Man: "Baas ik heb vreselijke hoofdpijn. Mag ik wat pauze nemen?"
Baas: "Altijd dat geklaag. Ik klaag daar nooit over want voor hoofdpijn heb ik de perfecte oplossing."
Man: "Och wat dan?"
Baas: "Ik ga gewoon even naar huis, duik met mijn vrouw tussen de lakens, en voila. Hoofdpijn weg."
Prompt vertrekt de man en komt even later terug.
Baas : "En kerel, is je hoofdpijn weg?"
Man: "Ja baas, je middeltje werkt goed. Al moet ik zeggen baas, je woont wel mooi."
4. Blondje aan de bushalte
Een blondje staat aan de bushalte te wachten op de bus. Na even wachten spreekt ze een passerende man aan.
Blondje: "Meneer, excuseer maar weet u welke bus naar het centrum gaat?"
Man: "Jazeker juffrouw, dat is bus vijfentwintig (25)."
De man gaat door en komt na enkele uren terug voorbij het bushokje en ziet tot zijn verbazing het blondje nog steeds staan.
Man: "HΓ© hallo. Is de bus nog niet gekomen?"
Blondje : "Neen, maar het gaat niet lang meer duren. Ik zit nu aan drieΓ«ntwintigΒ (23)."
3. Even behangen
Een man wil gaan behangen en vraagt raad bij zijn buurman.
Man : "Hoi buurman. Wij hebben dezelfde woning en jij hebt vorig jaar toch behangen hΓ©?"
Buurman : "Ja, inderdaad"
Man : "Weet jij nog hoeveel behangrollen je nodig had voor je woonruimte?"
Buurman : "Jazeker, twaalf rollen"
De man gaat naar de behangwinkel en bestelt er de vereiste behangrollen. Even later gaat hij terug naar de buurman
Man : "Zeg buurman. Je zei toch twaalf rollen hΓ© want ik heb er drie te kort."
Buurman : "Ja, dat had ik ook."
2. Pratende paarden
Een man staat met zijn auto in panne aan een weide met twee paarden.
Hij opent de kofferbak om de motor te controleren tot hij plots een stem hoort zeggen: "Het is de ontsteking". De man kijkt om maar ziet alleen maar twee paarden bij de weidraad. Hij kijkt wat verbaasd rond en denkt dat hij het maar ingebeeld heeft waarna hij terug naar de motor kijkt. "Het is de ontsteking" hoort hij weer waarna hij opkijkt en weer alleen maar de twee paarden ziet. Net op dat moment komt een boer langs.
Man : "Hoi boer, excuseer maar zou jij me even kunnen helpen."
Boer : "Natuurlijk jongeman wat kan ik voor je doen?"
Man : "Ik sta in panne en ik hoor steeds maar zeggen : Het is de ontsteking, maar ik zie alleen maar die twee paarden."
Boer : "Heb je gezien welke van beide paarden het zei?"
Man (ietwat verbaasd) : "Euh neen. Waarom?"
Boer : "Ach, die zwarte kent niets van auto's."
1. Bij de psychiater
Een ietwat oudere dame gaat met haar zus, die bij haar inwoont, naar de psychiater om raad.
Dame : "Dokter, ik heb een probleem met mijn zuster. Ze denkt namelijk dat ze een staanlamp is."
Psychiater : "Oei dat is inderdaad een probleem. Ik zal haar enkele dagen moeten opnemen in de psychiatrie om dit gedrag nader te analyseren."
Dame : "Och nee. Dokter dat gaat echt niet."
Psychiater : "Waarom niet dan?"
Dame : "Hoe moet ik dan vanavond mijn boek lezen?"
Gerelateerd:
- Verborgen camera filmpjes
- Leuke cartoons filmpjes
- Leuke reclame filmpjes
- Filmpjes - doe dit zeker niet
Advertentie door Google